De last van verantwoordelijkheid: Wanneer je niet kunt loslaten
Ik denk overal over na. Altijd. Ik wil een waarom hebben, een reden, een verklaring. Niets gebeurt zomaar, en als ik het niet snap, blijf ik graven tot ik het wél begrijp.
Mijn moeder zei het gister nog tegen me:
“Naomi, soms komt een antwoord vanzelf. Soms moet je een beetje helpen om het te vinden. Maar frustratie krijgen omdat je het niet kunt loslaten en je verantwoordelijk voelt voor het antwoord of een ander? Dat is jouw stukje, niet dat van een ander.”
En ik kan je vertellen: dat stukje zit heulll diep.
Want ik voel me niet alleen verantwoordelijk voor mijn cliënten, voor hun traject, voor hun groei—maar ook voor hun keuzes. Hun pad. Hun uitkomst. Alsof ik ervoor moet zorgen dat ze altijd op de juiste weg blijven. Alsof het mijn taak is om ze te beschermen tegen zichzelf.
En als iemand na een gesprek met mij ineens de verkeerde kant op zou gaan? Dan zou ik dat voelen als míjn fout.
De spiegel die ik niet had verwacht
Dit besef kwam eerst door iemand die dichtbij me staat. Iemand die exact hetzelfde ‘probleem’ heeft. We hadden daar een gesprek over en het raakte me. Ik herkende mezelf er zó in.
Maar écht voelen deed ik het pas later, toen ik in een traject met een cliënt ergens over twijfelde. Ik voelde onzekerheid, vroeg me af of ik het juiste deed. En dus sprak ik erover met een van mijn beste vriendinnen.
Zij herinnerde me eraan:
“Maar Naomi, bij mij was je óók eerlijk. En kijk waar ik nu ben. Als jij toen niets had gezegd, had het allemaal heel anders kunnen lopen.”
Dat sloeg in. Want door die opmerking realiseerde ik me ineens iets: ik had bij haar altijd de schuld gevoeld. Die verantwoordelijkheid. Het idee dat als zij was afgegleden, dat mijn fout zou zijn geweest.
En toen ik deze keer écht open met haar was, écht vertelde hoe dat vanbinnen nog steeds soms voelt, viel het kwartje.
Ik geef mezelf die schuld.
Altijd.
Onbewust, verstopt, diep vanbinnen.
Zelfs nu nog.
De angst om fout te zitten
Want wat als het fout was gegaan?
Wat als ze het niet had gered?
Wat als ik niet had kunnen voorkomen dat ze verder afgleed?
Dat is die kant van mij die niemand ziet. Die blijft fluisteren dat ik een fout had kunnen maken. Dat als het niet was gelukt, ik een verdrietige vriendin had gehad. Of erger nog: een verloren vriendschap.
Ik wéét rationeel dat dit netgens op slaat. Dat ze haar eigen keuzes maakt. Dat ik geen marionettenspeler ben van iemands leven.
Maar dat gevoel, dat stukje in mij, dat blijft ergens zitten.
De vinger die naar mij werd gewezen
En ik weet precies waar dit vandaan komt.
Ooit stond ik tegenover een moeder. Niet mijn eigen moeder, maar die van een vriendin. En ze keek me recht aan, met vuur in haar ogen, terwijl ze zei:
“JIJ hebt dit gedaan. JIJ hebt dit veroorzaakt.”
Die woorden brandden zich in mijn geheugen.
Ik weet nog hoe ik verstijfde. Hoe mijn hele lichaam bevroor en mijn hoofd op volle toeren draaide. Want ik wist wat ik had gedaan. Ik wist dat ik eerlijk was geweest. Dat ik had geprobeerd te helpen. Dat ik alleen maar had gezegd wat ik zag, wat ik voelde, wat ik dacht dat de waarheid was.
Maar in dat moment, in die blik, was er geen ruimte voor nuance. Geen ruimte voor een andere kant van het verhaal. Alleen die ene boodschap:
“Dit is jouw schuld.”
En ik geloofde het.
Niet bewust, niet rationeel—want ik wist ook toen al dat de waarheid altijd twee kanten heeft. Maar ergens diep vanbinnen heeft dat moment iets in mij geplant.
Een patroon. Een angst.
De angst om ooit weer in die positie te staan. Om weer de schuld te krijgen. Om weer te voelen hoe het is als iemand je aankijkt en zegt:
“Door jou is dit gebeurd.”
Het trauma van oververantwoordelijkheid
Rationeel weet ik dat dit niet klopt.
Ik wéét dat iedereen zijn eigen keuzes maakt.
Ik wéét dat ik iemand alleen maar kan begeleiden, niet besturen.
Ik wéét dat ik niet verantwoordelijk ben voor de hele wereld.
Maar zo voelt het niet.
Want dat is precies wat trauma doet.
Dit is geen trauma in de klassieke zin van het woord—geen groot, eenmalig ingrijpend moment. Dit is een sluimerend patroon dat jarenlang is opgebouwd. Het gevoel dat je altijd moest opletten, altijd de emoties van anderen moest aanvoelen, altijd verantwoordelijk was voor hoe iemand anders zich voelde.
Misschien herken jij dit ook. Misschien voel jij je ook altijd verantwoordelijk voor hoe anderen zich voelen. Misschien herken je deze situaties:
🔹 Je moest altijd meegaan in de emoties van je ouders. Had je een ouder die boos, verdrietig of onvoorspelbaar was? En merkte je dat jij degene was die zich aanpaste, zodat de sfeer in huis goed bleef?
🔹 Je was als kind al de ‘volwassene’ in huis. Misschien nam je verantwoordelijkheden op je die eigenlijk niet bij jou hoorden. Je troostte je moeder, je probeerde ruzies te sussen, je zorgde voor jongere broertjes of zusjes alsof het jouw taak was.
🔹 Je leerde dat je anderen gelukkig moest maken. Als jij je best deed, dan was de sfeer goed. Als jij stil was, dan waren je ouders blij. Als jij goede cijfers haalde, dan voelde je je veilig.
🔹 Je groeide op met iemand die manipulatief of controlerend was. Een ouder, een vriend(in), een partner—iemand die jou emotioneel vasthield, waardoor jij het gevoel kreeg dat hun welzijn afhankelijk was van jou.
🔹 Je was altijd bezig met ‘voorkomen’. Je voelde spanningen al van tevoren aan en probeerde situaties te sturen voordat het misging. Je wist precies wanneer iemand geïrriteerd was en paste je daarop aan, zodat er geen ruzie kwam.
Herken je dit?
Dan is de kans groot dat je ook last hebt van oververantwoordelijkheid.
Ik weet dat dit diep zit
Ik weet dat dit een stuk is waar ik naar moet kijken.
Ik weet dat dit ergens vandaan komt.
Ik weet dat dit gevoel zó diep zit dat ik het altijd heb weggestopt.
Maar ja, als je het ene oprakelt, rakel je het andere ook op.
En ik weet ook dat ik dit niet alleen kan.
Dat dit niet morgen opgelost is.
Daarom dwing ik mezelf deze week tot iets wat ik doodeng vind:
👉 Terugtrekken.
👉 Voelen.
👉 Praten.
👉 Echt open zijn, naar mezelf toe.
Want dit gaat niet alleen over dit ene gesprek. Dit gaat over hoe ik de balans kwijt ben tussen mijn werk en mijn privéleven. Omdat die twee bij mij zo in elkaar overlopen dat ik nu geknakt ben.
Kwetsbaarheid is oké.
Het probleem is dat we dat tegen anderen zeggen, maar het niet tegen onszelf kunnen. Omdat we ons schamen voor onze eigen schaduwstukken.
Maar laten we eerlijk zijn:
Iedereen heeft ze.
En als je ze blijft wegstoppen, winnen ze altijd.
Wat als ik je vertel dat ik zie wat jij nog niet ziet?
Ik ga dit stukje bij mezelf aankijken, maar tegelijkertijd wil ik iets met jou delen.
Er komt iets bijzonders aan op 23 maart. Iets wat te maken heeft met zien. Met echt kijken. Met het begrijpen van wat er onder de oppervlakte ligt, wat je misschien zelf nog niet kunt voelen, maar wat er wél is.
Wat als ik je kan laten zien waar jij vastloopt?
Wat als jij ook een patroon in jezelf herkent dat jou tegenhoudt?
Ben jij klaar om te ontdekken wat jij nog niet ziet?
Hou mijn socials in de gaten. Meer hierover volgt snel. 😉
Voor nu? Eerst voelen. Eerst mezelf terugvinden.
Volgende week ben ik er weer.
- Liefs Naomi